Afleveringen
-
Voor het eerst zit Danka aan tafel met haar gast, die net als zij werkt op Aruba. Nienke Smits begon ruim elf jaar geleden als eerste specialist ouderengeneeskunde op Aruba, een eiland met 115 duizend inwoners dat jaarlijks wordt bezocht door 2 miljoen, veelal Amerikaanse, toeristen. Het toerisme bracht naast welvaart ook leefstijlziektes zoals overgewicht, diabetes, hypertensie én dementie. Deze chronische aandoeningen leggen samen met een enorme vergrijzing, een grote druk op het medische en het sociale domein. ‘Er bestaat op het eiland een focus op “cure” (het ziekenhuis) in plaats van “care”, resulterend in een lange wachtlijst voor het enige verpleeghuis op het eiland, overbelaste mantelzorgers en verkeerdebeddenproblematiek.'
-
Vijf jaar geleden rondde Inge Mos haar opleiding tot internist vasculaire geneeskunde af en vertrok direct daarna met haar gezin naar Kopenhagen. Ook in Denemarken spelen problemen als vergrijzing, grote personeelstekorten en lange wachtlijsten in het publieke systeem. Over het afschaffen van de zogenaamde behandelgarantie bestaat een discussie die je kunt vergelijken met de vrije-artsenkeuzediscussie in Nederland. Onlangs zijn vanwege de concentratie van spoedzorg ziekenhuizen gefuseerd of gesloten. Op plekken waar ziekenhuizen zijn verdwenen, moeten nu miniziekenhuisjes komen voor dagbehandeling, bloedafname of radiologie. Dit om de zorg juist weer DICHTBIJ de mensen te organiseren.
-
Zijn er afleveringen die ontbreken?
-
In 2014 rondde Anne Bloothooft de opleiding tot huisarts af en vertrok zij met haar Israëlische man naar het prachtige Eilat in het zuiden van Israël. Net als in Nederland is iedere burger daar verplicht om zich in te schrijven bij één van de (in dit geval vier) zorgverzekeraars. Een groot verschil: deze zorgverzekeraars kopen geen zorg in bij zorginstellingen, maar zijn zelf de ‘uitbaters’ van zorg. Ze beheren huisartsenpraktijken, ziekenhuizen en apotheken. En alle daar werkzame medewerkers zijn in loondienst van de verzekeraars. Komt de zorgverzekeraar dan niet geregeld op de stoel van de dokter te zitten? ‘Nee hoor, dat valt reuze mee’, zegt Anne.
-
Huisarts Hielke Renkema vertrok een jaar geleden met zijn vrouw en drie kinderen naar Nieuw-Zeeland. Naast een breder takenpakket en aanzienlijk meer bureaucratische rompslomp is het grote verschil met Nederland dat huisartsenzorg in Nieuw-Zeeland niet valt onder vergoede zorg. ‘Patiënten zijn omgerekend zo’n 25 euro kwijt voor een consult van vijftien minuten. Dat schept een verwachting en beïnvloedt mijn werk. Zorg in het publieke ziekenhuis wordt wel vergoed, maar de wachttijden zijn eindeloos en verwijzingen worden geregeld afgewezen. Aan de ongelijke toegankelijkheid tot private/publieke zorg kan Hielke maar moeilijk wennen. ‘Ik ben ons Nederlandse klassenvrije zorgsysteem opnieuw gaan waarderen en hoop niet dat dit ons voorland gaat zijn.’
-
Nathalie de Bruin vertrok veertien jaar geleden met haar gezin naar Canada om een nieuw avontuur aan te gaan. Haar werk als huisarts daar verschilt van dat in Nederland. Zo doet zij minder spoed en palliatieve zorg maar heeft zij ook taken van een bedrijfsarts, verzekeringsarts, jeugdarts en, tot 26 weken, verloskundige.
Indruk maken haar verhalen over de problemen in het publieke stelsel. ‘De wachtlijsten zijn eindeloos – KNO twee jaar, orthopedie drie jaar – en verwijzingen worden vaak afgewezen. De gecentraliseerde ambulancezorg leidt tot doden. De druk op de eerste lijn is torenhoog. Steeds meer huisartsen vallen uit of stoppen. De opleiding loopt leeg. In meer landelijk gelegen gebieden is de apotheker de enige persoon waar mensen naartoe kunnen voor medische hulp. Behalve de rijken, die kunnen naar een van de op de grens liggende Amerikaanse privéklinieken.'
-
Esther Grootenboer werkte tien jaar als psychiater toen zij samen met haar jonge gezin besloot om naar Noorwegen te emigreren. Het land met, na Monaco, de hoogste dichtheid psychiaters in Europa. In tegenstelling tot in Nederland werkt ze in Noorwegen fulltime, maar ze ervaart dit als veel minder belastend. ‘Ik werk van 8.00 tot 15.30 uur. De BSO sluit om 16.30. Aan het eind van de dag is er genoeg tijd en energie om leuke dingen met het gezin te doen. Bovendien is elke dag hetzelfde, een zegen voor een gezin met jonge kinderen.’
-
Ruud Jansen werkt 26 jaar lang als praktijkhoudend huisarts in Brabant als hij besluit om nog een sprong te wagen. Hij verkoopt huis, haard en praktijk en vertrekt naar de prachtige Zwitserse bergen om daar te gaan wonen en werken. In dit land is de huisartsenzorg anders georganiseerd dan in Nederland. ‘Verzoeken van specialisten voelen veel minder als “over de schutting gooien van taken” omdat je er gewoon fatsoenlijk voor betaald wordt.’ Ruud vertelt ook over de nadelen van een dergelijk prikkelgestuurd systeem. Zo is de zorg in Zwitserland, hoewel zeer goed, ook zeer duur en is een gemiddelde zorgpremie wel tweeënhalf keer zo hoog als bij ons.
-
Kinderarts Esther te Poele emigreerde in 2013 met haar jonge gezin naar het zuiden van Zweden, waar ze wonen tussen meren en bossen. Ze hebben geen gas, cv of waterleiding (wel supersnel internet) en verwarmen hun huis hoofdzakelijk op hout. De gezondheidszorg is anders georganiseerd in Zweden. Zo zijn ziekenhuizen van de (regionale) overheid, medisch specialisten allemaal in loondienst en hebben zorgverzekeraars 'niks te vertellen'. Het land is elf keer zo groot als Nederland en heeft slechts 10 miljoen inwoners. Centraliseren van zorg kan daardoor niet en veel hoogcomplexe zorg wordt ook buiten de academie geleverd. Aan de andere kant ziet Esther in de dienst huisartsenkwaaltjes door het ontbreken van een huisartsenpost. Ondanks een tekort aan zorgpersoneel wordt er aan één heilig huisje niet getornd: het bij wet vastgelegde recht op vier weken aaneengesloten zomervakantie. 'Dat betekent dat veel poli's dichtgaan en wachtlijsten oplopen. De rest van het jaar zijn we bezig om diezelfde wachtlijsten weer weg te werken.'
-
Mattijn Buwalda koos zestien jaar geleden voor een carrière als waarnemend anesthesioloog in binnen- en buitenland. Het afgelopen halfjaar werkte hij in het noorden van Noorwegen, in Tromsø. Toen hij daar aankwam was het 24/7 donker. Toen hij vertrok 24/7 licht. Mattijn vertelt over het relatief kleine ziekenhuis dat, door de geografie van het land, alle faciliteiten heeft van een academisch centrum. Over zijn collega's die langlaufend naar hun werk komen. Over de afwezigheid van een herregistratie-eis voor artsen. En over de arbeidsproductiviteit die, hoewel er ook in Noorwegen lange wachtlijsten zijn, een stuk lager ligt. 'De wissels tussen operaties duren soms wel een uur. In Nederland doen we twee keer zoveel ingrepen in dezelfde tijd.'
-
Lucas Smagge en Vera Keil zijn beide (interventie)neuroradiologen. Hij een Nederlander die 2,5 jaar in Duitsland werkte, zij een Duitse die inmiddels alweer 2 jaar in Nederland woont en werkt. Samen bespreken ze de verschillen tussen beide zorgstelsels en de verschillende obstakels om als Nederlandse specialist erkend te worden in Duitsland. We leren dat je in Duitsland beter pas kinderen kunt krijgen na de opleiding, dat informed consent heilig is, Duitsers dol zijn op tuchtzaken en hiërarchie ook voordelen heeft. 'In Duitsland hakt de hoogste baas de knopen door waardoor er minder wordt overlegd, niet wordt gepolderd en eindeloze vergaderingen zoals in Nederland niet voorkomen.' Vera legt uit waarom de schaarsteproblemen in Duitsland koste wat het kost worden vermeden. 'Duitsers zijn angstige mensen. De dood is onbespreekbaar. Het idee dat een medicijn of ic-bed niet beschikbaar is, is ondenkbaar. Dus betalen ze graag voor overcapaciteit. En dan is er af en toe ook een plekje vrij voor een Nederlander.
-
Clara Cameron vertrok als 40-jarige huisarts met haar jonge gezin naar Australië. Het plan was voor één jaar, maar dat zijn er inmiddels al meer dan twintig. Clara werkte tien jaar als praktijkhoudend huisarts en vertelt: 'Ook in Australië zijn veel te weinig huisartsen, bestaat een hoge administratiedruk, worden oneigenlijke taken op huisartsen afgeschoven en is de waardering soms ver te zoeken.' Een groot verschil met Nederland is dat in Australië wordt gewerkt met een fee-for-service, dus geen 'patiënten op naam'. 'De vele uit Engeland afkomstige en door de NHS getraumatiseerde huisartsen willen daar ook absoluut niet aan’, vertelt Clara. In de grote steden hoppen patiënten van de ene naar de andere dokter, met hoge zorgkosten en overbehandeling tot gevolg. Clara vond het na tien jaar hard werken als huisarts voor een relatief laag en onzeker inkomen, welletjes en verhuisde naar het tropische noorden van Australië, waar ze sindsdien met veel plezier en voldoening werkt als rural generalist: een kruising tussen huisarts/tropenarts en SEH-arts.
-
Maarten Glas is een door de wol geverfde gynaecoloog met een schat aan werk- én levenservaring. Hij ging als jonge tropenarts naar oorlogsgebieden zoals Rwanda, Congo en Sri Lanka, werkte daarna diep in het amazonegebied van Suriname en ook nog even in Oost-Timor. Toen de combinatie met het gezinsleven te ingewikkeld werd settelde hij zich in Assen, waar hij met plezier bijna twintig jaar werkte als algemeen gynaecoloog. Vorig jaar besloot hij het leven drastisch om te gooien en financiële zekerheden en bezit los te laten. Hij zegde zijn werk op, verkocht zijn huis en gaf zijn spullen weg om opnieuw bij Artsen zonder Grenzen aan de slag te gaan. 'Ik merk dat veel van mijn generatiegenoten hun werk zat beginnen te raken, dat ze gaan mopperen, burn-out raken of hun centen gaan tellen om te kijken of ze al met pensioen kunnen. En dat is zo zonde. De jaren van 55-65 jaar zijn mooier dan 65-75 jaar. Maak nog eens een sprong.'
-
Antje Oosterkamp werkt al twaalf jaar in Bangladesh, ze neemt ons mee in haar ervaringen als enig chirurg in het ziekenhuis en als buitenlandse vrouw in een strikt moslimland. Ze vertelt over de schrijnende armoede en de verschillen tussen publieke en private zorg. ‘In een overheidsziekenhuis moet de echtgenoot van een zwangere vrouw eerst met een lijstje naar de winkel aan de overkant om medicijnen en verbandmaterialen te kopen voordat de keizersnede wordt uitgevoerd.’
Antje beschrijft hoe stijgende welvaart leidt tot een toename in welvaartsziekten. ‘Mensen die het zich kunnen veroorloven laten zich vervoeren in riksja’s.’
Antje en haar team staan regionaal bekend om hun fistelprogramma. Ze benadrukt de negatieve impact van fistels aan de vrouwelijke geslachtsorganen op de kwaliteit van leven. Antje krijgt voor haar dankbare werk, dat ze zelf ziet als roeping, geen salaris. Zij leeft van giften van familie, vrienden en kerken.
-
Carlijn Hoedemaker werkte zeven jaar lang als huisarts in Nieuw-Zeeland toen zij met haar gezin naar Cambodja verhuisde. Een land waar 35 jaar geleden ruim 20 procent van de inwoners stierf aan honger, dwangarbeid en executies onder het regime van Pol Pot en de Rode Khmer. Carlijn vertelt dat ze regelmatig mensen op straat ziet die een arm of een been missen. De bevolking is opvallend jong. Slechts 5 procent van de Cambodjanen is ouder dan 65 jaar. Een vergrijzingsprobleem, zoals in Nederland, kennen ze dus niet. Maar verder zijn er genoeg problemen en uitdagingen, met name voor de armere bevolking die vaak geen toegang heeft tot goede zorg.
-
Niek Versteegde begon zijn carrière als tropenarts in het Sengerema Hospital in Tanzania. Hij zette er onder meer een couveuseafdeling op waardoor de kindersterfte daalde met 40 procent. Toch vroeg hij zich steeds af ‘Waarom doe ik dit als Nederlandse tropenarts? En wat weerhoudt ons ervan om dit op grotere schaal toe te passen?’
Bij terugkomst in Nederland – hij was inmiddels huisarts – richtte hij GOAL 3 op. Dat is een onderneming die beoogt de kindersterfte terug te dringen en te zorgen voor beter toegankelijke zorg voor 100 miljoen mensen in 2030. Met een monitoringssysteem kan op plaatsen met schaarste aan personeel, middelen en kennis eenvoudiger wrden ingeschat hoe ziek een kind is en of zorg nodig is. ‘Als ik in Tanzania besluit om een baby te intuberen dan betekent dat dat er voor de andere baby’s tijdelijk minder zorg en aandacht is. Wat je dan wilt weten is welke baby op dat moment het meest gebaat is bij zorg en wie toe kan met minder.’
-
Na een tijd als tropenarts in Tanzania vertrok Chris van Schaik naar België voor de opleiding tot orthopedisch chirurg. Hij woont er inmiddels twaalf jaar met plezier, maar geeft toe dat het integreren vrij lang duurde: ‘We spreken wel dezelfde taal, maar we gebruiken hem anders.’ Chris vertelt dat patiënten in België ook zonder verwijsbrief naar een specialist kunnen gaan. Dat heeft voordelen en nadelen, maar is door de grote tekorten aan huisartsen steeds gebruikelijker. De loondienstdiscussie voor specialisten zou in België nooit van de grond komen, denkt hij. Artsen hechten zeer veel waarde aan hun zelfstandigheid en genieten veel inspraak. Het bekostigingsstelsel is meer productiegedreven dan in Nederland met een fee for service, hoewel ook de dbc oprukt. 'In België komt dat meestal tien jaar later, in een beter doordachte en voor dokters gunstigere vorm.'
-
Suthesh was in Nederland al vierdejaars internist in opleiding toen hij – vanwege de liefde – naar Londen vertrok. Pas zes jaar later (!) mocht hij zich hematoloog noemen. Suthesh vertelt over de verschillen in de medische vervolgopleiding in Nederland en Engeland: de hiërarchie, de manier van communiceren maar ook de focus op parate kennis. Eén voordeel: tijdens een drukke poli hoeft hij nooit iets op te zoeken want alle richtlijnen zitten nu in zijn hoofd. In de discussie over cum laude ontbreekt volgens Suthesh het internationale aspect. Want in het buitenland is het heel normaal om excellentie te belonen en het beïnvloedt voor een groot deel of je voor een vervolgopleiding wordt aangenomen. Hem heeft het in ieder geval geholpen om de opleiding in Londen te mogen vervolgen. Is daar wel over nagedacht toen ‘cum laude’ werd afgeschaft?
-
Emma de Louw emigreerde als basisarts naar de VS. Ze behaalde de USMLE-examens en startte aan een familiy medicine residency in Philadelphia. Emma vertelt dat de huisartsopleiding in de VS, hoewel ook drie jaar, een stuk zwaarder is met 12- en 24-uursdiensten. Ook beschrijft ze de huisartsafdelingen ín het ziekenhuis waar de door haar ingestuurde patiënten worden opgenomen, zij hoofdbehandelaar blijft en medisch specialisten alleen in consult komen. Het gezondheidssysteem in de VS vat ze samen als 'a hot mess' met verschillende soorten verzekeringen zoals Medicaid en Medicare. Ook is 9 procent van de bevolking (30 miljoen mensen) nog altijd onverzekerd. Bestaat er een verschil in arbeidsethos tussen Europese en Amerikaanse artsen? ‘European out-of-office: I’m away camping for the summer. Please email me back in september. American out-of-office: I have left the office for two hours to undergo kidney surgery but you can reach me on my cell any time.’
-
Ruim 7 jaar geleden verruilde Martje Ledeboer haar huisartsenpraktijk in Amstelveen voor een bestaan als huisarts in Londen. Daar is het werk van huisarts binnen de NHS (het publieke stelsel) drukker maar minder ingewikkeld dan in Nederland. ‘Voor een tekenbeet of het hechten van een hoofdwond worden patiënten al doorgestuurd naar de SEH, waar ze vervolgens uren moeten wachten’. Martje vertelt over de knelpunten in het private en (gratis) publieke zorgstelsel. Bijvoorbeeld over hoe mensen hiervan misbruik proberen te maken. Zo vragen patiënten regelmatig aan de NHS-huisarts om recepten uit te schrijven die zijn geadviseerd door een privaat werkende arts. ‘Niet netjes natuurlijk, maar ze vragen het wel altijd beleefd’.
-
Gonnie Alkemade is internist-endocrinoloog en heeft gewerkt in Canada, Schotland en nu Brunei. Dat heeft alles te maken met haar man die voor Shell werkt en een gedeelde avontuurzucht. Gonnie vertelt over de verschillen met Nederland, zoals het totaal andere bestuur: ‘In Brunei is de Sultan niet alleen de koning, hij is ook de minister-president én de minister van Buitenlandse Zaken én de minister van Defensie.’ De publieke gezondheidszorg en het onderwijs zijn er gratis, je betaalt geen belasting en de cultuur draait veelal om ‘makan’ (eten). Dat laatste is te merken aan de hoge prevalentie van overgewicht en diabetes. Hoewel Brunei een strikt moslimland is, hoeft Gonnie geen hoofddoek te dragen en mag ze ook gewoon autorijden, wat ze overigens weinig doet want ze heeft een chauffeur. De drie kinderen van Gonnie vinden het leven heerlijk in het tropische Brunei, maar ze moeten op de fiets naar school wel oppassen en vooral hun tanden niet blootlachen in de buurt van brutale makaken.
- Laat meer zien